De EU is in overdrachtelijke zin het (achterklein)kind van het Humanisme en de Verlichting. Haar kernwaarden steken in toenemende mate positief af tegen de belofte van de (meer materialistische en individualistische) American Dream. Dat maakt haar uniek en het beschermen waard. Dit artikel werkt deze stelling uit en tracht ideeën aan te reiken voor het bereiken van de politieke volwassenheid van de EU op een wijze die recht doet aan haar idealen.
Photo: Unsplash
Het is volstrekt duidelijk dat Europa zijn eigen broek moet gaan ophouden. Trump’s Amerika houdt vooral van zichzelf (en een beetje van Poetin), maar niet meer van Europa. Op de Amerikaanse bagagedrager is geen plaats meer voor ons; Europa (lees de EU en Groot-Brittannië) moet zichzelf opnieuw gaan uitvinden. De vraag is of nog lukt en niet te laat is.
De bevolkingsontwikkeling in Afrika en Europa beweegt zich in tegenovergestelde richting. De consequenties daarvan zijn enorm. Afrika en Europa zijn – of ze het willen of niet – tot elkaar veroordeeld. Dit artikel onderzoekt waar mogelijkheden tot synergie liggen.
The Committee of Five present their work, June 1776 (John Trumbull, 1819)
Wat is er terechtgekomen van de idealen die het noodzakelijk maakten dat de Amerikaanse kolonisten zich afscheidden van de Britten in 1776? Hoe bijzonder waren deze idealen, die het fundament vormden voor de Amerikaanse droom en wie konden zich warmen in het licht daarvan? Waar staan deze idealen nu voor en wie strekken ze tot voorbeeld? Op deze vragen probeer ik in dit artikel een antwoord te vinden.
Foto: Michal Čížek/AFP/Getty Images
Met de verkiezingen voor het Europees Parlement voor de deur (23-26 mei) is het goed te reflecteren waarom ‘Europa’ mijn (en onze) steun en aandacht verdient. Maar ook, wat beter kan en moet! Waar zitten pijnpunten en wat kunnen we daaraan doen? In dit artikel probeer ik daar een antwoord op te vinden.
Voor de vierde keer breng ik in kaart hoe de opbrengsten van overheidshandelen voor burgers zich verhouden tot de lasten daarvan. Het geeft een verrassend inzicht in de resultaten van de gemaakte keuzes. In deze editie van de General Government Performance Index kijk ik ook hoe deze prestaties zich vertalen in politiek draagvlak voor het gevoerde beleid.
Het nieuwe NAVO hoofdkwartier in Brussel (bron: dpa)
De NAVO is een van de grootste supranationale organisaties ter wereld die vooral in de 20ste eeuw meer dan eens haar bestaansrecht heeft bewezen. Gezamenlijke kracht is macht en dat moet vooral zo blijven. De laatste tijd lijkt het vooral om (meer) geld te gaan en minder om de vraag hoe we ons wapenen tegen de nieuwe gevaren die onze vrijheid en veiligheid bedreigen. In dit artikel pleit ik na een rondgang langs doelstelling, feiten en prestaties van de NAVO voor een krachtige heroriëntatie op doel en effectiviteit van de organisatie.
De zogenaamde liberale (vrije) wereldorde ligt onder vuur. Eigenbelang prevaleert in de relatie tussen trouwe bondgenoten. Vrienden worden verbaal bij het oud vuil gezet en dictators op een voetstuk geplaatst. Verwarrend is het allemaal wel. Wie houdt het hoofd koel? Er ligt juist nu een belangrijke uitdaging voor Europa om, uit welbegrepen eigenbelang, haar plek op het wereldtoneel op te eisen, zich van haar interne tegenstellingen en problemen te ontdoen en een baken van stabiliteit en rechtszekerheid te worden in een wereld die steeds gekker lijkt te worden.
In mijn vorige bijdrage ging ik in op de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne zelf. In dit artikel gaat het om de vraag die tot hét thema van het referendum is gemaakt. Is ‘Europa’ werkelijk zo ondemocratisch als beweerd wordt door het GeenStijl-kamp? Ik tracht in dit stuk inzicht te krijgen in de argumenten die zij aanvoeren om dat standpunt te onderbouwen. Op basis daarvan probeer ik de vraag te beantwoorden of Europa echt ondemocratisch is.
In het laatste deel van mijn Reflecties op Europa, 'Pluriformiteit van de controle', ga ik in op de wijze waarop in Europa het wetgevende proces is georganiseerd en dan met name wie daarbij betrokken zijn. Ik verbaas me over het feit dat een burger in Malta 18 keer meer invloed heeft in de EU dan een burger in Duitsland, meen dat de taak van de Raad van de Europese Unie op de verkeerde plek is belegd en geef in overweging niet alleen de burgers, maar ook andere belanghebbenden te betrekken bij het proces van besluitvorming rond wetgeving.
In het derde deel van mijn zoektocht naar wat 'Europa' beter moet doen om haar sociale legitimiteit te verbreden en haar draagvlak onder haar burgers te vergroten gaat het over de kwaliteit van het bestuur in de lidstaten. Er bestaat tussen de lidstaten een groot verschil in kwaliteit van het bestuur. Als de kwaliteit onder de maat is, hoe kunnen lidstaten dan samen optrekken binnen een federatief verband? Hoe kijken de burgers van de Europese Unie aan tegen landen die de kantjes er van af lopen en wat vinden de burgers in die landen er zelf van? In 'Vrijwillig, maar niet vrijblijvend' spreek ik mij uit voor een minimum standaard voor de kwaliteit van het bestuur en geef ik in overweging hiervoor aansluiting te zoeken bij een objectieve en eenvoudige standaard.
In het tweede deel van mijn zoektocht naar wat 'Europa' beter moet doen om haar sociale legitimiteit te verbreden en haar draagvlak onder haar burgers te vergroten gaat het over unanimiteit in de Europese besluitvorming. Lidstaten hebben ten aanzien van bepaalde besluiten een vetorecht, hetgeen een belangrijke inbreuk is op het democratisch gehalte van de besluitvorming in de Unie. Wat levert deze inbreuk op en wat kost het ons? In 'De onmacht van de unanimiteit' ga ik hier verder op in en spreek ik me uit voor een verdergaand federatief verband voor Europa.
Europa is dagelijks nieuws en het moet gezegd, de beelden die bij ons binnen komen zijn niet altijd even positief. Vraagtekens bij het democratisch gehalte van de EU, de effectiviteit van het bestuur en de kloof tussen noord en zuid zijn dankbare onderwerpen voor de media en een (te groot?) aantal lokale politici. Dit vraagt om verdieping. Zoals zo vaak bij nadere beschouwing zijn beelden niet altijd compleet of juist, en levert een zoektocht interessante impulsen op voor nieuwe inzichten en gedachten. In vier delen doe ik van deze zoektocht verslag. In het eerste deel gaat het over sociale legitimiteit en draagvlak.
Europa wordt vaak neergezet als een droom, een reis op weg naar 'iets' beters. Ook wordt wel de indruk gewekt dat die droom is blijven hangen en de reis er een is met onneembare obstakels. Is dit eigenlijk wel zo? Aan de hand van een vergelijking van data uit een groot aantal bronnen poogt deze blog hier een antwoord op te geven en uit te vinden wat de belangrijkste succesfactoren zijn. Ook wordt een klein uitstapje gemaakt naar wat dit voor Nederland betekent.
De kloof tussen ontvangen stemmen en toegekende zetels voor de Nederlandse afgevaardigden naar het Europese Parlement was opmerkelijk. Hoewel D’66 meer stemmen had dan het CDA, ging het met minder zetels naar huis. Politieke navelstaarderij lag hieraan ten grondslag. Een kostbare fout die D’66 en VVD aan te rekenen valt. Als het bij verkiezingen niet meer gaat om het krijgen van de meeste zetels, waar gaat het dan nog wel over?