Agent Orange is de codenaam voor een in de Vietnamoorlog op grote schaal door de Amerikanen ingezet chemisch verdelgingsmiddel. Het gebruik daarvan was gericht op het destabiliseren van de Vietcong, maar resulteerde in genocide, een totale ontwrichting van de Vietnamese plattelandseconomie en de ecologische verwoesting van grote delen tropisch regenwoud en landbouwgebieden. De menselijke offers waren immens; schattingen spreken van honderdduizenden doden, miljoenen verminkingen, afwijkingen en aandoeningen. De inzet van dit wapen heeft buitenproportionele schade aangericht, zonder dat het Amerika iets heeft opgeleverd. Ook juridisch heeft deze genocide voor de VS nauwelijks gevolgen gehad. Het Internationale Strafhof bestond nog niet (en zijn jurisdictie is door de VS ook nooit erkend) en binnenlandse rechters zagen in Agent Orange geen massavernietigingswapen. Geoordeeld werd dat, hoewel de verdelgingsmiddelen dioxine (een bekend gif) bevatten, deze niet bedoeld waren voor gebruik als gif op mensen. Daarom kunnen ze niet worden beschouwd als chemisch wapen en dus was het gebruik daarvan niet strijdig met internationaal recht. Het Amerikaanse recht is (in onze ogen) vaak krom en sinds ‘Vietnam’ is er op dat vlak ook weinig veranderd. Het recht beschermt de politiek (‘Sovereign Immunity’) en degenen met diepe zakken (Dow Chemical was de producent van het middel en gedaagde in de door de Vietnamese slachtoffers aangespannen zaak).
Een moderne ‘Agent Orange’
Donald Trump, pleegt als een hedendaagse ‘Agent Orange’, karaktermoord op het democratische systeem en haar instituties. Zijn variant is weliswaar minder dodelijk (afgezien van de bijna 300.000 doden, die mede door zijn lakse opstelling gevallen zijn), maar is niet minder disruptief. Hij gebruikt hiervoor eenzelfde ’het doel heiligt de middelen’-benadering als de Amerikaanse regering gedurende de Vietnamoorlog. De gevolgen doen er niet toe in de niet aflatende pogingen van de Amerikaanse president om de legitimiteit van de door Joe Biden gewonnen verkiezingen te ondermijnen. De zowel voor als na de verkiezingsdatum, door en namens hem gedane uitspraken, zijn het overdrachtelijke ‘Agent Orange’ voor het vertrouwen in en functioneren van de Amerikaanse democratie. Hij ondermijnt bewust en stelselmatig het fundament waarop de Amerikaanse natie is gebouwd. Geen van zijn claims zijn overtuigend genoeg bevonden door rechters. De (doods)bedreigingen aan het adres van vooral Republikeinse gezagsdragers en ambtenaren die, tegen de verdrukking van de grote baas en zijn handlangers in, de integriteit van het systeem overeind proberen te houden zijn weerzinwekkend. Al zal hij op enig moment zijn verlies moeten nemen, Trump zal blijven volhouden bestolen te zijn en twijfel en onrust zaaien over alles wat hem aangaat of niet bevalt. Dit disruptieve en egoïstische gedrag raakt de gehele Amerikaanse samenleving:
Zijn achterban die hem ongeacht wat hij doet of laat blijft steunen en maling heeft aan federale of lagere instituties die niet aan de leiband lopen van hun idool en daarom (inmiddels?) geen enkele heil meer zien in, of achting hebben voor democratische spelregels.
Republikeinse politici die zich (noodgedwongen?) van zijn steun bij hun achterban afhankelijk voelen en te laf zijn om zijn gedrag ter discussie te stellen en zich daarmee medeplichtig maken aan ondermijning van de grondwettelijke fundamenten van de staatsinrichting.
Alle andere Amerikanen omdat zij niet meer volledig kunnen vertrouwen op de integriteit en de ‘checks-and-balances’ van hun democratische systeem.
De Grondwet beoogt de grondrechten van iedere burger te beschermen, de politieke verhoudingen tussen de staatsorganen te organiseren en af te bakenen en het land bestuurbaar te maken en te houden. Het rechtvaardigt niet het ondermijnen van de rechten van degenen die niet tot jouw politieke kleur behoren, het continu frustreren van de politieke verhoudingen en het onbestuurbaar maken van het land. Dat nu is precies wat er sinds eind jaren ’90 structureel (in eerste instantie onder Newt Gringrich) onder de Republikeinse partij (uitzonderingen daargelaten) en haar huidige president wel plaatsvindt: ze hebben hun succes afhankelijk gemaakt van het opzoeken van de uiterste ethische en juridische grenzen binnen de mogelijkheden van het politieke bestel.
Ik ben me er zeer van bewust dat de acties in Vietnam niet zomaar te vergelijken zijn met het huidige gedrag van deze president en zijn meelopers en hun voorgangers. Toch zijn de overeenkomsten opvallend. Het beoogde resultaat werd/wordt niet gerealiseerd, het middel was/is buitenproportioneel, de schade was/is ongekend groot en de gevolgen waren/zijn langdurig, mogelijk zelf blijvend.
De Amerikaanse democratie is de belangrijkste democratie ter wereld. Zij is – met alle kanttekeningen die je er ook bij plaatsen kan – voor het handhaven van het internationale machtsevenwicht en het goed functioneren van de wereldorde van immens belang. De door Trump en de Republikeinen aangerichte schade aan het in de Grondwet vastgelegde democratische systeem is in het uiterste geval politiek onherstelbaar. Het gaat echter veel verder, zoals bijvoorbeeld de aanpak van de COVID-19 pandemie laat zien. Hun opportunisme leidt tot ontoelaatbare sociaaleconomische en menselijke schade (misschien nog wel het meest onder hen die zij zeggen te vertegenwoordigen). Aangezien vertrouwen de brandstof is voor het goed functioneren van een democratie, heeft dit niet alleen nationaal verstrekkende gevolgen; het land kan inmiddels ook niet meer rekenen op het internationale vertrouwen en aanzien van weleer.
De democratie van binnenuit bedreigd
Als je in Florida voor het verhandelen van Percoset, een op recept verkrijgbare pijnstiller, 25 jaar de gevangenis ingaat dan is het niet onredelijk je af te vragen hoe het mogelijk is dat je zonder enige sanctie een democratie uit de rails kan laten lopen. Kan dit alles echt straffeloos plaatsvinden? Het antwoord is ja, tenzij ... Veel strafrechtssystemen stellen vooral fysieke daden strafbaar, overtredingen van ethische aard blijven vaak buiten schot. Strafrecht vergt expliciete omschrijvingen van strafbare handelingen. Met doel- en strekkingbepalingen kom je in het strafrecht niet zo ver. Van politieke gedragsdragers wordt verwacht dat ze zich aan ethische standaarden houden, dat ze het in hun gestelde vertrouwen – op straffe van stemmenverlies bij hun herverkiezing – gestand doen en zich houden aan hun ambtseed. Voor de president luidt deze: "I will faithfully execute the Office of the President of the United States, and will to the best of my Ability, preserve, protect and defend the Constitution of the United States". Het is vrij zeker dat Trump deze eed niet heel serieus heeft genomen. De tweets en andere uitlatingen spreken voor zich. Aanvallen op de media ("enemy of the people"), excessieve beledigingen van (politieke) tegenstanders, het (impliciet, maar toch opzichtig) steunen van nationalistisch-racistische groepen, het ondermijnen van de soevereiniteit van Staten binnen de Unie, de leugens, het ontkennen van de verkiezingsuitslag, niets was heilig. De schaal en intensiteit waarop dit plaatsheeft is zo omvangrijk, dat het schokkend is zonder dat het verbaast. Het nieuwe normaal is grof, kwetsend en leugenachtig.
Maar wat kan je ertegen doen? Zolang de president anderen niet aanzet tot wettelijk beschreven misdaden (of dat bewezen kan worden), kan hem niet veel anders verweten worden dan presidentieel onwaardig en onfatsoenlijk gedrag. Trump weet wat dat betreft zeer scherp aan de wind te zeilen. Een soort gedrag waar de opstellers van de Grondwet slechts in beperkte mate rekening mee hebben gehouden. Benjamin Franklin, James Madison en Alexander Hamilton waren duidelijk in hun analyse dat 'impeachment', het uit de macht zetten, op zijn plaats was bij normoverschrijdend gedrag, zonder dat er per se sprake hoeft te zijn van een misdrijf of zware overtreding. Er zou aanleiding voor bestaan indien de president zich onbetamelijk gedraagt (‘rendered himself obnoxious’), het noodzakelijk is om de gemeenschap te beschermen tegen zijn ongeschiktheid, plichtsverzaking of trouweloosheid (‘the incapacity, negligence or perfidy’) of als er sprake is van misbruik of schenden van het publieke vertrouwen (‘abuse of violation of public trust’). Met deze uitleg wordt de vage norm toch duidelijk. Het is aan de beide huizen van het Amerikaanse Congres om deze procedure op te starten, bewijzen te verzamelen en te berechten.
Het presidentschap van Trump lijkt een perfecte casestudy voor het testen van de effectiviteit van deze rem op de macht. Materiaal genoeg zou je zeggen. Toch hebben de Democraten het gedurende het presidentschap van Trump slechts één keer aangedurfd het zware ‘impeachment’-middel van stal te halen. Deze aarzeling is goed verklaarbaar. We weten inmiddels dat de Senaat (de berechtende instantie) zozeer aan de leiband van de president loopt, dat een dergelijke procedure bij voorbaat kansloos is. De aanklachten van machtsmisbruik (chantage) en obstructie van het Congres (verbieden van verhoor door het Huis van Afgevaardigden van belangrijke getuigen) rond het inroepen van Oekraïense hulp voor het verkrijgen van belastend materiaal over Joe Biden, zijn door de Republikeinse meerderheid in de Senaat zonder al te veel ceremonieel onderuitgehaald. Impeachment is een politiek middel dat niet opgewassen is tegen de huidige gepolariseerde politieke verhoudingen in het land. De eed die Trump op de familiebijbel gezworen heeft, blijkt van generlei waarde. Als de Democraten alleen dat duidelijk wilden maken, zijn zij in die opzet in ieder geval wel geslaagd.
Gesuggereerd is dat Trump zichzelf gratie kan verlenen. Dit lijkt me echter een brug te ver. Dit valt echt met geen enkele constructie te verdedigen, zelfs niet door het huidige Hooggerechtshof. De opstellers van de Grondwet kunnen niet gemeend hebben dat een president zichzelf gratie zou kunnen verlenen voor handelingen die hij in strijd met zijn eigen eed gepleegd heeft. Dit zou de eed inhoudsloos en daarmee volstrekt irrelevant maken. Dat kan nooit de bedoeling zijn geweest en is, lijkt me, daarmee voor de conservatieve rechters, waarvan een aantal in het ‘originalist’-kamp zitten, een niet te beargumenteren standpunt. Er valt nog veel meer over de bevoegdheden tot gratieverlening te zeggen, maar kortheidshalve verwijs ik naar een recent artikel hierover in The New York Times met de kop: ‘Can Trump Pre-emptively Pardon Allies or Himself? Clemency Power, Explained’.
De conclusie van dit alles lijkt te zijn dat de President een heel eind kan komen met het ontwrichten van het democratische proces, zonder hier specifiek op aangesproken te kunnen worden.
Grondwetswijziging
Interessant is of toekomstige leden van het Congres hier iets aan willen of kunnen doen; bijvoorbeeld door minachting van de democratische waarden en instituties uitdrukkelijk ‘impeachbaar’ te maken, stemmingen hierover in het Congres anoniem te laten plaatsvinden of het Hooggerechtshof te betrekken in de vraag of een bepaald handelen wel of niet voor ‘impeachment’ in aanmerking komt. De interventie door het Hooggerechtshof zou moeten gebeuren nadat het Huis van Afgevaardigden de gronden voor ‘impeachment’ formuleert en voordat de Senaat hierover beslist. Aangezien alles in de Amerikaanse politiek gepolariseerd is (tot en met het Hooggerechtshof), is het onwaarschijnlijk dat een wijziging van de Grondwet veel kans van slagen heeft. De loyaliteit van politici dient dienstbaar te zijn aan het land en de Grondwet, niet de partij. Is het gek dat veel Amerikanen cynisch zijn over de politiek in hun land? Intussen is de politieke machteloosheid van een verdeeld Congres helaas wel een vrijbrief voor iedere volgende president om de presidentiële eed aan zijn laars te lappen (hoe zeker is het dat Democratische presidenten boven dergelijk handelen zouden staan?), de natie als het hem uitkomt te verdelen en niet boven de partijen te staan, maar alleen de belangen van zichzelf, zijn partij en achterban te bevorderen. Hoelang burgers dit blijven pikken is niet te zeggen, maar het geduld zou – niet alleen in zwarte gemeenschappen – zo langzamerhand toch op moeten zijn.
Al Capone variant
Wat dan ook, een geruststellende gedachte is dat gratie alleen mogelijk is voor onder Federaal recht strafbaar gestelde handelingen. Strafbare feiten gepleegd onder het recht van de individuele Staten vallen buiten deze gratiebepaling. In dat verband is het interessant dat het in Georgia strafbaar is om op ongepaste wijze invloed uit te oefenen op regelgevende activiteiten. Het helpt dan niet dat Trump op 5 december met de gouverneur van Georgia heeft gebeld om deze ertoe te bewegen een speciale sessie van de wetgevende vergadering in Georgia te beleggen om de resultaten van de verkiezing ongedaan te maken.
Als we presidenten houden aan hogere standaarden dan ‘gewone’ burgers, dan zou de straf uit moeten komen op een boete van $100.000 én vijf jaar gevangenisstraf. Het gaat niet gebeuren omdat dit tot massale oproer en chaos zou leiden (reken er niet op dat Trump in zo’n situatie brandweerman gaat spelen), maar in theorie kan het mijns inziens wel. Het is een voorbeeld van mogelijke valkuilen die Trump de komende tijd zal moeten ontlopen, en het verklaart misschien de recente berichten over zijn depressiviteit. Ook de belastingdienst in de staat New York is nog lang niet klaar met hem. De beruchte maffiabaas Al Capone ontsnapte in de jaren ‘20 telkens aan het gerecht, maar moest uiteindelijk ondervinden dat de lange arm van de belastingdienst hem toch wist te vinden. Ook Trump loopt dit risico. Daarnaast moet worden aangenomen dat er sponsoren te vinden zijn voor procedures over ongeoorloofde praktijken waar Trump al decennialang mee geassocieerd wordt. Is dit kinderachtig wrokkig gedrag omdat Trump zo’n verschrikkelijke president is geweest die een loopje heeft genomen met de democratie en de rechtsstaat? Ik sluit het niet helemaal uit, maar dat neemt niet weg dat zeker een aantal van de beschuldigingen teruggaat naar zijn activiteiten voordat hij president werd. Daarnaast helpt het niet voor het geval hij besluit zich een tweede keer herkiesbaar te stellen. Na alle schade die hij de eerste termijn al heeft aangericht, moet je er niet aan denken dat hij de kans krijgt dit bij een tweede termijn te overtreffen.
Tot slot
Duidelijk is dat de Amerikaanse democratie kwetsbaar is en betere bescherming behoeft; zij kan zich, zeker in een gejuridiseerd land als de Verenigde Staten, niet zelf beschermen. Zij is kwetsbaar en weerloos, zoals zoveel van waarde. De beste kans voor het bewaken en in stand houden van die democratie, is mijns inziens toch het aanscherpen van de regels rond het kunnen afzetten van een President zoals hierboven beschreven. De Amerikaanse democratie is te kostbaar om door Trump (en mensen zoals hij), als een ‘Agent Orange’, straffeloos verdelgd te worden.