Sinds de Verenigde Staten na de aanslagen op 9/11 de lont in het Midden-Oosterse kruitvat hebben gestoken, is de regio definitief ontploft met seismische effecten tot ver daarbuiten.  De totale destabilisering van het gebied in en rond het Midden-Oosten heeft geleid tot een perverse escalatie van geweld en destructie, met bewust aangejaagde vrees, ontheemding en vluchtelingenstromen tot gevolg. Het aantal mensen dat verdreven is van huis en haard en opgevangen wordt in eigen land (Internally displaced persons, of ‘IDPs’) en het aantal vluchtelingen dat zijn heil zoekt in de regio en daarbuiten (veelal Europa) , heeft inmiddels een ongekende hoogte bereikt. Per het einde van 2014 zijn volgens de rapportages van het UN High Commission for Refugees (‘UNHCR’) 18.751.800 mensen afkomstig uit Afghanistan en het Midden-Oosten op de vlucht. Dit zijn geen economische vluchtelingen, maar mensen die alles in de steek hebben gelaten omdat de wereld om hen heen volstrekt uit de rails is gelopen, ideologisch vergiftigd is en waar inmiddels ieder moreel kompas ontbreekt.

Source: Aantekeningen in de marge op basis van data UNHCR en anderen

Van het totaal aantal vluchtelingen werd per eind 2014, 97% opgevangen in de regio zelf. Hierbij is het pijnlijk te constateren dat de overwegend Soennitische landen op het Arabische Schiereiland het bij de opvang van hun Arabische broeders grotendeels laten afweten. Islamitische ideologie speelt kennelijk een grotere rol dan de vermeende Arabische verbondenheid. Aan capaciteit (ruimte) en middelen (geld) ontbreekt het in de regio niet (zie onderstaande interactieve tabel), over medemenselijkheid en broederschap valt echter zeer te twijfelen. De Palestijnen weten inmiddels uit langjarige ervaring hoe ‘warm’ dat bad voelt.

Zo beschouwd heeft Al-Qaida met haar aanval op de Verenigde Staten een kettingreactie in werking gezet die de deur geopend heeft voor een vergaande radicalisering van de regio. Aan de andere kant is er iets voor te zeggen dat zonder interventies van de Amerikanen en haar bondgenoten, regionale spanningen en conflicten ook hadden kunnen escaleren met vergelijkbare resultaten. Dit is zeker niet denkbeeldig. We moeten ons geen naïeve illusies koesteren over het democratische gehalte van het leiderschap in die regio en de gesteldheid van de rechtstaat aldaar. Hoe duurzaam is deze vorm van repressieve stabiliteit zonder invloed van buitenaf? Zeker is inmiddels dat de situatie die ervoor in de plaats gekomen is, naar het zich laat aanzien, niet makkelijk te stabiliseren is en inzet dreigt te worden van een gevaarlijk geopolitiek spel om de macht. Dat is hoe dan ook slecht nieuws, niet alleen voor de betreffende landen en vooral voor haar burgers, maar ook voor de regio en en in toenemende mate voor Europa.

Het afgelopen jaar is al een grote vluchtelingenstroom richting Europa op gang gekomen. Inmiddels is deze stroom dit jaar al twee keer zo hoog als in de vergelijkbare periode vorig jaar. Dit zal alleen maar in omvang gaan toenemen, niet in de laatste plaats nu het conflict in Syrië door de Russische steun aan Assad en zijn regime, verder escaleert, complexer wordt en nog meer gebieden en dus burgers gaat treffen.

De gebrekkige kwaliteit van de opvang zowel lokaal als in de regio, naast het ontbreken van gunstige vooruitzichten op positieve ontwikkelingen in de conflictgebieden en op hun eigen situatie, drijft vluchtelingen in de handen van mensensmokkelaars om de risicovolle tocht naar een ‘zekerder’ toekomst te ondernemen. Bij hen die afkomstig zijn uit brandhaarden elders in Afrika is de overtocht naar Lampedusa (Italië) in trek, voor de vluchtelingen uit het Midden-Oosten blijken de Griekse eilanden voor de kust van Turkije een ‘populaire’ ingang tot de EU.

Waar voorheen gold dat asielzoekers hun asielverzoek moesten doen in het land waar zij de EU binnenkwamen, is inmiddels onder druk van de chaos die dergelijke erupties in vluchtelingenstromen voor betreffende landen nu eenmaal met zich meebrengen, dit uitgangspunt verlaten. Hierbij speelt een rol dat betreffende landen de hoeveelheden vluchtelingen niet aankunnen, en ook dat veel van de vluchtelingen zelf volstrekt niet van plan zijn zich in het land van binnenkomst te registreren als vluchteling en zich te houden aan de in de EU bedachte regels. Vluchtelingen zien een betere toekomst in het noorden van Europa dan in het zuiden, en deze gedachte in combinatie met de massaliteit van de vluchtelingenstroom, is met de bestaande asielregels niet in de afgesproken banen te leiden.

De grote trek richting noordwest Europa heeft de Europese Raad genoopt de asielregels om te vormen naar een quotasysteem op basis van een aantal criteria, zoals omvang, populatie en het nationale inkomen van het betreffende EU land. Het Nederlandse aandeel is vastgesteld op 3,66%. Hoewel dit quotasysteem in eerste instantie politiek moeilijk uitvoerbaar zal blijken te zijn, met name vanwege de volstrekt ontoereikende inschatting van het aantal vluchtelingen, sluit het wat principe betreft in ieder geval beter aan bij de mogelijkheden van de individuele lidstaten en doet het beter recht aan de solidariteit tussen de zuidelijke en noordelijke lidstaten.

Is een asielzoeker eenmaal aangekomen in het land van bestemming, dan zal hij pas als vluchteling worden aangemerkt bij bevestiging van zijn status als vluchteling. Deze status komt alleen toe aan hen die op basis van hun ras, geloof, nationaliteit, lidmaatschap van een bepaalde sociale groep of op basis van hun politieke overtuiging een gegronde reden hebben te vrezen voor vervolging. Economische migranten komen niet in aanmerking voor een vluchtelingenstatus evenmin als degenen die zich hebben schuldig gemaakt aan zekere strafbare feiten.

Nederlands aandeel in de opvang van vluchtelingen

Er bestaan nogal wat beelden bij de bijdrage die Nederland tot nu toe in Europees verband heeft geleverd aan de opvang van vluchtelingen. De een vindt dat wij te weinig hebben gedaan, sommigen vinden het juist weer te veel en weer anderen menen dat we vroeger meer dan nu onze verantwoordelijkheid namen. Waar komen deze beelden vandaan en kloppen deze wel met de werkelijkheid? Ik heb getracht een en ander helder te krijgen, maar hoe waardevol de door mij gebruikte UNHCR database ook is met de gegevens die zij bijhouden, sommige cijfers zijn ook moeilijk te bevatten (zo overtreft bijvoorbeeld het aantal afgewezen asielverzoeken in Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk over een periode van 15 jaar het aantal gedane aanvragen in die landen). Hier kunnen perfect legitieme redenen voor zijn, maar het noopt tot enige voorzichtigheid in de interpretatie en het gebruik van die cijfers. De door mij wel gebruikte cijfers uit de database zijn (behoudens mogelijke definitieverschillen en bijstellingen achteraf) consistent met cijfers uit andere bronnen en acht ik daarom betrouwbaar.

Nederland heeft in de periode 2000-2015 per jaar gemiddeld 7,31% van alle in de EU opgevangen asielzoekers en vluchtelingen opgenomen. Dat is aanzienlijk minder dan Duitsland (41,95%!), de helft minder dan het Verenigd Koninkrijk (14,73%) en ca. 40% minder dan Frankrijk (11,91%). Nederland staat hiermee op de vierde plaats wat betreft het absolute aandeel in de opvang. Per eind 2014 zaten 89.434 mensen in de opvang in Nederland. Op het totaal van onze bevolking is dat iets meer dan een half procent (0,53%).  Dit aandeel zal gezien de huidige ontwikkelingen snel stijgen, mogelijk zelfs verdubbelen, maar plaatst de van angstdenken doortrokken beweringen van asiel/vluchtelingen-critici toch wel in een ander perspectief.

Met name rond en na de val van Srebrenica in 1995 is het Nederlandse aandeel in de Europese opvang van vluchtelingen relatief hoog geweest, met een ‘top’ in 2000 en 2001 van 11,2%. Voor deze tijd vielen de ‘prestaties’ wel mee (ook tijdens de Hongaarse opstand (1956) en de Praagse lente (1968)). Tot 1990 bedroeg dit aandeel zelden meer dan 2% van het Europese totaal en vaak zelfs aanzienlijk minder. De afgelopen 10 jaar ligt het Nederlandse aandeel in de Europese opvang van vluchtelingen in de 5%-band. Dat is overigens substantieel hoger dan het recent door de Europese Raad geïntroduceerde normatieve quotum van 3,66%.

Source: Aantekeningen in de marge op basis data UNHCR

Hiermee is geenszins gezegd dat Nederland te veel of te weinig doet op het vlak van de vluchtelingenopvang. Het gaat erom dat veel beelden hierover niet door de feiten gedragen worden.

Valse argumenten en gevaarlijk populisme

Het lijkt erop of er door de voorstanders van een ruimhartig vluchtelingenbeleid argumenten worden gezocht om zo’n beleid te verdedigen en te rationaliseren. Zo hoor ik regelmatig het argument dat wij de hoogopgeleide Syriërs en Iraki goed kunnen gebruiken in de strijd tegen de vergrijzing in Nederland. Dit zou een valide reden zijn als er al niet veel Grieken, Spanjaarden, Portugezen en mensen uit de oostelijke EU-landen met minstens even goede papieren in die nood zouden kunnen voorzien. Daarbij mag bovendien niet uit het oog verloren worden dat de hoogopgeleide mensen uit de conflictgebieden die in staat zijn de tocht naar Europa te ondernemen, mogelijk juist afkomstig zijn uit de kring van meelifters van de regimes die wij zo verfoeien.

Een ander argument dat naar voren wordt gebracht voor het ruimhartig opnemen van vluchtelingen is dat de culturele diversiteit daarmee gediend zou zijn. Er is helemaal niets mis met diversiteit op zich, maar de impliciete onderliggende veronderstelling is dat er nu een gebrek is aan diversiteit in Nederland. Ik heb de indruk dat dat wel meevalt, zeker ook als een vergelijking wordt gemaakt met landen om ons heen. Een andere, hier niet te beantwoorden vraag is wat een juiste ‘hoeveelheid’ diversiteit is voor een harmonieuze samenleving.  

Na Zweden en Zwitserland, is Nederland het land met de meeste buiten de EU geboren inwoners. Ons koloniale verleden speelt daar ongetwijfeld een rol bij, maar daarin verschillen we niet van landen als Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk waarvan vaak verondersteld wordt dat dat ‘gidslanden’ zijn op dit vlak.

Het komt mij echter voor dat deze argumenten irrelevant zijn voor de vraag of Nederland zijn grenzen wel of niet open moet zetten voor vluchtelingen. Immers iedere vluchteling heeft in principe recht op bescherming, ongeacht wat er in het verleden wel of niet is gebeurd, of wij er wel of niet baat bij hebben en of wij onze maatschappij hiermee wel of niet verrijken kunnen. Hierbij moet wat mij betreft wel een goede balans worden gevonden tussen een waardige opvang en een efficiënte asielprocedure enerzijds en het vermijden van aanzuigende werking anderzijds.

Hiermee kom ik tegelijkertijd uit bij de tegenstanders van het opnemen van vluchtelingen. Los van de internationale verdragsverplichtingen waar wij ons toe hebben verbonden en waar we ons aan dienen te houden, speelt hier een morele kwestie. Met name door Geert Wilders (PVV) wordt vaak een beroep gedaan op onze christelijk-joodse cultuur en waarden als argument om de Islam –als ware deze strijdig met die cultuur en waarden- buiten de deur te houden. Je kan je niet én beroepen op het nastreven van veronderstelde christelijke-joodse waarden en je tegelijkertijd afkeren van hen die een beroep op je doen als vluchteling. Inmiddels doet ook Halbe Zijlstra van de VVD een duit in het zakje om de rechterkant van zijn electorale basis binnenboord te houden. Het suggereren dat door de opname van vluchtelingen ‘onze’ welvaartsstaat en sociale voorzieningen in gevaar zijn, is uiterst dubieus. Het op deze wijze als vertegenwoordiger van een verantwoordelijke regeringspartij inspelen op angsten en zorgen van belangrijke groepen burgers is gevaarlijk en wekt valse hoop. Vluchtelingen worden, en zeker niet ten onrechte, door deze groep gezien als concurrenten in de strijd om een behoorlijk bestaan aan de onderkant van de maatschappelijke piramide. Dit doorzichtige politiek opportunisme is zo langzamerhand echt onsmakelijk. Erger is nog dat het zijn effect niet lijkt te missen op de kleine groepjes dwazen die deze uitspraken (uiteraard ‘onbedoeld’) zien als een uitnodiging ‘de handen eens goed uit de mouwen te steken’ om hun afkeer tegen de opvang van vluchtelingen kracht bij te zetten, met alle (potentiële) gevolgen van dien.

Hoe gaan we met het vluchtelingenvraagstuk om?

Zo lijkt de vreemdelingendiscussie zich af te spelen binnen een spectrum met tenenkrommend populisme aan de ene kant en naïef idealisme aan de andere kant als uitersten. Beide uitersten bestoken elkaar met valse sentimenten en voelen zich vaak onmachtig om zaken in perspectief te zien. Polarisering van de discussie is daarvan het gevolg. Snel worden uitspraken uit verband getrokken en van etiketten voorzien die een verdere discussie moeilijk en soms zelfs onmogelijk maakt. Dit terwijl een dialoog zo belangrijk is over zaken van zulk fundamenteel belang.

Zou het toeval zijn dat de algemene politieke beschouwingen na Prinsjesdag gedomineerd werden door het vluchtelingenvraagstuk, net nu de regering een feestbegroting presenteren wilde? Ik begrijp goed dat dit onderdeel is van het politieke spel, maar de burger die hier op afstand naar kijkt begrijpt er niets van, wordt onzeker of voelt zich in haar empathie of antipathie niet gehoord. Er is niet constructief gedebatteerd, maar vooral getracht politieke punten te scoren. De politiek als vervreemdingsmachine: is dit wat we als kiezer en burger willen?

Het vluchtelingenvraagstuk is geen exclusief Nederlands probleem, of Europees probleem, maar vooral een probleem wat het Midden-Oosten treft, want daar verblijft nog steeds het overgrote deel van de vluchtelingen. De crisis is omvangrijk en de nood divers. Er is veel geld nodig. De verschillende bij Giro 555 aangesloten samenwerkende hulporganisaties hebben ieder een eigen identiteit en doelstelling. Het is kennelijk lastig een gezamenlijk plan op te stellen en de individuele profielen van deze organisaties ondergeschikt te maken aan de nood van de vluchtelingen. Het is opmerkelijk dat Umberto Tan en Jeroen Pauw twee verschillende uitzendingen nodig hadden om het vluchtelingenvraagstuk onder de aandacht van het grote publiek te brengen. Achteraf waren de hogere kijkcijfers voor Pauw het meest belangrijke nieuwsfeit. Voor de media is het vooral handel, terwijl het echt om het helpen van vluchtelingen zou moeten gaan.

Intussen worden de vluchtelingen van de ene 72-uurs noodopvang naar de volgende noodopvang gesleept. Er moet inmiddels nogal wat uit de kast worden gehaald om hen goed op te vangen. We zijn als land compleet overvallen, terwijl de crisis op zich al twee jaar in de maak was. Het politieke wensdenken en vooral struisvogelpolitiek (met dank aan de Islamofoben ter rechterzijde van het politieke spectrum) hebben het zover laten komen. Het is daarom fantastisch om te zien hoeveel vrijwilligers hun handen uit de mouwen steken om dit zo goed mogelijk in redelijke banen te leiden. Vanuit de IND is de capaciteit ontoereikend en er liggen ook geen geactualiseerde draaiboeken klaar hoe dit alles lokaal ad-hoc, op basis van ervaringen in andere noodvoorzieningen, voor eenieder zo prettig en geolied mogelijk te organiseren. Ik heb me verbaasd over het feit dat de 72-uurs noodopvang in feite een mobiele gevangenis is, waarvan de deur achter de vluchtelingen op slot gaat, totdat ze naar de volgende opvang worden gebracht. Het behandelen van asielaanvragen is terecht een zorgvuldig proces, maar bij een dergelijke stroom vluchtelingen moet het toch mogelijk zijn om de ‘intake’ zodanig te faseren, dat vluchtelingen na een zeer zware tocht met veel ontberingen zich, alle inspanningen van de vrijwilligers ten spijt, niet als criminelen behandeld hoeven te voelen?

Tenslotte is er de vraag hoe we bij dit soort noodsituaties onze morele plicht naar de vluchtelingen kunnen doen, zonder daarvoor het draagvlak onder de bevolking te verliezen. Dit is een moeilijk vraagstuk welke de potentie in zich draagt onderwerp te zijn van een politieke (incorrecte) polemiek.  Mag je een vluchteling vragen te streven naar vergaande integratie, terwijl hij juist gevlucht is omdat hij vreesde in zijn veiligheid en/of sociale mensenrechten (‘his way of life’) aangetast te worden? Hierover moet een expliciet debat worden gevoerd, omdat het wegstoppen van dit soort vragen leidt tot maatschappelijk ongewenste misstanden. Er zal naar elkaar geluisterd moeten worden en het vraagt dat we oprecht open staan voor zorgen van burgers die in deze situatie een bedreiging zien voor hun veiligheid, baanzekerheid en hoop op een betaalbare woning.

We moeten echter wel voorkomen in de kuil te vallen die gegraven wordt door het anti-vluchtelingenkamp. Hoe langer je de vluchteling uitsluit van woning, werk, opleiding, etc, hoe meer hij zich buitengesloten voelt en hoe zekerder het is dat integratie uitblijft. Was dit gebrek aan integratie nu net niet juist de klacht van hen die vluchtelingen zien als een destabiliserende kracht in onze maatschappij? Het voorkomen van getto’s en achterstanden van zowel allochtonen als autochtonen moet samengaan met een actief en goed vluchtelingenbeleid. Dit pleit er naar mijn mening voor dat vluchtelingen bereid moeten zijn zich te integreren in onze samenleving en dat er duidelijke regels zijn over wat kan, mag, en wat niet. Zij die dat niet kunnen of willen, of zich niet aan gemaakte afspraken willen houden, zijn mogelijk naar het verkeerde land gevlucht. We hebben gezien dat het vooral de kinderen van vluchtelingen en migranten zijn die onze aandacht verdienen. Zij moeten beschermd worden tegen de zinloosheid van het bestaan als tweederangsburgers en zullen juist ambassadeurs moeten worden voor de waarden die hen in staat stelden hier vluchteling te zijn. Dat vergt inzicht en beleid, maar ook geld en voorzieningen. We moeten geen harde kloof forceren tussen oude en nieuwe waarden, maar als integratie hand en hand gaat met het respecteren van culturele identiteit, hebben we nu een kans dit goed te doen.

Overdenkingen

  • Voor een land op grote schaal een verschrikkelijke aanslag vergeldt, denk goed na. Moet de ene misdaad, met de andere worden vergolden? Voor je het weet ben je honderden duizenden doden verder, is een regio hopeloos ontregeld en heb je een vluchtelingenprobleem van Bijbelse proporties op je geweten. Macht vraagt om proactieve introspectie;
  • Een wereld zonder conflicten bestaat niet en een organisatie als de UNHCR is onontbeerlijk. Conflicten laten zich slecht plannen, dus een flexibele organisatie met voldoende middelen en mandaat om vluchtelingenvraagstukken aan te pakken is een noodzaak;
  • De status van een vluchteling is voor die landen die het Internationale Verdrag betreffende de Status van Vluchtelingen  hebben ondertekend een mensenrecht en niet onderhandelbaar. Ook niet in de Veiligheidsraad. Het structureel ontlopen of frustreren van verantwoordelijkheden onder het Vluchtelingenverdrag moet voor de verantwoordelijken hiervoor worden aangemerkt als een misdaad tegen de menselijkheid. Interessant in dit verband is dat grote delen van het Arabische Schiereiland en Zuidoost Azië dit verdrag niet hebben ondertekend. Moet dit geen staande voorwaarde worden voor het sluiten van (handels)verdragen met deze gebieden of een criterium zijn voor de toewijzing van Olympische Spelen of Worldcups?;
  • Laat conflicten niet sluimeren en zet in op diplomatieke oplossingen, zelfs als deze controversieel zijn of concessies vergen. Uitstel is in dit soort situaties meestal geen afstel. Er staan mensenlevens op het spel;
  • De beste manier om de instroom van vluchtelingen te beperken richting EU is pro-actieve conflictbeheersing en het verhogen van de kwaliteit van de opvang en faciliteiten in de regio onder een strak mandaat van de VN/UNHCR. De EU zou hier, meer dan nu het geval is, aan moeten bijdragen;
  • Hoe langer een conflict duurt, hoe waarschijnlijker het is dat ‘wij’ er als EU en als land mee te maken krijgen. Leg de verantwoordelijkheid voor adequate noodvoorzieningen en opvang in handen van een organisatie die onafhankelijk is van de politiek en schaalbaar is (vergelijkbaar met het het Rode Kruis), met toegang tot toereikende middelen en logistieke ondersteuning;
  • Zet de opvang van vluchtelingen en hun integratie in de samenleving in als onderdeel van een proces waarin ‘eersterangsburgers’ worden ‘gekweekt’ en tot ambassadeurs van de waarden worden, waarvoor zij naar ons land zijn gekomen. Maak hier geen vrijblijvend proces van.
Posted
AuthorMark Goudsmit